Fangen — Übersetzung Deutsch Holländisch. Übersetzen Fangen in Holländisch

fangen (v) (Tiere)	in een val vangen (v) (Tiere)
fangen (v) (Missetat)	vangen (n) (v) (Missetat)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gevangen vangt vangen ving vingen
fangen (v) (Missetat)	snappen (v) (Missetat)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gesnapt snapt snappen snapte snapten
fangen (v) (Schwerverbrecher)	vangen (n) (v) (Schwerverbrecher)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gevangen vangt vangen ving vingen
fangen (v) (Tiere)	vangen (n) (v) (Tiere)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gevangen vangt vangen ving vingen
fangen (v) (Missetat)	betrappen (v) (Missetat)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	betrapt betrappen betrapt betrapten betrapte
fangen (v) (Missetat)	grijpen (v) (Missetat)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gegrepen grijpen grijpt grepen greep
fangen (v) (Tiere)	verstrikken (v) (Tiere)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	verstrikt verstrikt verstrikken verstrikte verstrikten
fangen (v) (Missetat)	in de val laten lopen (v) (Missetat)
fangen (v) (Schwerverbrecher)	gevangennemen (n) (v) (Schwerverbrecher)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gevangengenomen nemen gevangen neemt gevangen nam gevangen namen gevangen
fangen (v) (Tiere)	strikken (v) (Tiere)
gefangen fängst fangen fingst fingen fang(e)	gestrikt strikt strikken strikten strikte

Übersetzen Fangen in andere Sprachen

Fangen — Deutsch Holländisch Übersetzung11 Treffer