bedenken
(n)
(n)
(Zweifel)
|
voorbehoud
(n)
(n)
(Zweifel)
|
bedenken
(n)
(n)
(Benehmen)
|
scrupule
(m)
(n)
(Benehmen)
|
bedenken
(n)
(n)
(grund)
|
bedenking
(f)
(n)
(grund)
|
bedenken
(n)
(n)
(grund)
|
bezwaar
(n)
(n)
(grund)
|
bedenken
(n)
(n)
(Zweifel)
|
onzekerheid
(f)
(n)
(Zweifel)
|
bedenken
(n)
(n)
(Zweifel)
|
bedenking
(f)
(n)
(Zweifel)
|
bedenken
(n)
(n)
(Zweifel)
|
bezwaar
(n)
(n)
(Zweifel)
|
bedenken
(n)
(n)
(grund)
|
tegenwerping
(f)
(n)
(grund)
|
bedenken
(n)
(n)
(Zweifel)
|
reserve
(m)
(n)
(Zweifel)
|
bedenken
(n)
(n)
|
overweging
(f)
(n)
|
bedenken
(n)
(n)
(grund)
|
beletsel
(n)
(n)
(grund)
|
bedenken
(v)
(erwägen)
|
bedenken
(v)
(erwägen)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
bedacht
bedenken
bedenkt
bedacht
bedachten
|
bedenken
(v)
(Entscheidung)
|
zich beraden
(v)
(Entscheidung)
|
bedenken
(v)
(Pläne)
|
uitdenken
(v)
(Pläne)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
uitgedacht
denkt uit
denken uit
dacht uit
dachten uit
|
bedenken
(v)
|
herinneren
(v)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
herinnerd
herinneren
herinnert
herinnerde
herinnerden
|
bedenken
(v)
(Pläne)
|
smeden
(v)
(Pläne)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
gesmeed
smeedt
smeden
smeedde
smeedden
|
bedenken
(v)
|
bedenken
(v)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
bedacht
bedenken
bedenkt
bedacht
bedachten
|
bedenken
(v)
(Möglichkeit)
|
beschouwen
(v)
(Möglichkeit)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
beschouwd
beschouwt
beschouwen
beschouwden
beschouwde
|
bedenken
(v)
(Argumentation)
|
bedenken
(v)
(Argumentation)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
bedacht
bedenken
bedenkt
bedacht
bedachten
|
bedenken
(v)
(Entscheidung)
|
overwegen
(n)
(v)
(Entscheidung)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
overwogen
overweegt
overwegen
overwogen
overwoog
|
bedenken
(v)
(erwägen)
|
nadenken over
(v)
(erwägen)
|
bedenken
(v)
(Argumentation)
|
denken aan
(v)
(Argumentation)
|
bedenken
(v)
(erwägen)
|
in overweging nemen
(v)
(erwägen)
|
bedenken
(v)
(Pläne)
|
bedenken
(v)
(Pläne)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
bedacht
bedenken
bedenkt
bedacht
bedachten
|
bedenken
(v)
(erwägen)
|
overwegen
(n)
(v)
(erwägen)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
overwogen
overweegt
overwegen
overwogen
overwoog
|
bedenken
(v)
(Entscheidung)
|
zich bezinnen op
(v)
(Entscheidung)
|
bedenken
(v)
(Pläne)
|
ontwerpen
(v)
(Pläne)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
ontworpen
ontwerpen
ontwerpt
ontwierp
ontwierpen
|
bedenken
(v)
(Möglichkeit)
|
overwegen
(n)
(v)
(Möglichkeit)
|
bedacht
bedenken
bedenkst
bedachtest
bedachten
bedenk(e)
|
overwogen
overweegt
overwegen
overwogen
overwoog
|