Ausdrücken — Deutsch Holländisch Übersetzung18 Treffer

ausdrücken (v) (Benehmen) weerspiegelen (v) (Benehmen)
ausdrücken (v) (formulieren) verwoorden (v) (formulieren)
ausdrücken (v) (Gefühle) uitdrukken (v) (Gefühle)
ausdrücken (v) (herauspressen) uitknijpen (v) (herauspressen)
ausdrücken (v) (Zigarette) uitdoven (v) (Zigarette)
ausdrücken (v) (Gefühle) onder woorden brengen (n) (v) (Gefühle)
ausdrücken (v) (Zigarette) doven (v) (Zigarette)
ausdrücken (v) (Wörter) uitdrukken (v) (Wörter)
ausdrücken (v) (herauspressen) eruit werken (v) (herauspressen)
ausdrücken (v) (formulieren) formuleren (v) (formulieren)
ausdrücken (v) (Gefühle) uiten (v) (Gefühle)
ausdrücken (v) (formulieren) onder woorden brengen (n) (v) (formulieren)
ausdrücken (v) (Zigarette) uitdrukken (v) (Zigarette)
ausdrücken (v) (Benehmen) getuigen van (v) (Benehmen)
ausdrücken (v) (Gefühle) verwoorden (v) (Gefühle)
ausdrücken (v) (Gefühle) betuigen (v) (Gefühle)
ausdrücken (v) (herauspressen) uitduwen (v) (herauspressen)
ausdrücken (v) (Benehmen) uitdrukken (v) (Benehmen)
Übersetzen Ausdrücken in andere Sprachen
Übersetzen ausdrücken in Englisch
Übersetzen ausdrücken in Französisch
Übersetzen ausdrücken in Italienisch
Übersetzen ausdrücken in Spanisch
Übersetzen ausdrücken in Portugiesisch
Übersetzen ausdrücken in Slowenisch
Übersetzen ausdrücken in Polnisch
Übersetzen ausdrücken in Tschechisch