Aufgeben — Deutsch Holländisch Übersetzung23 Treffer

aufgeben (n) (n) (allgemein) opgeven (n) (n) (allgemein)
aufgeben (v) (verlassen) in de steek laten (n) (v) (verlassen)
aufgeben (v) (Forderung) afstand doen (v) (Forderung)
aufgeben (v) (verzichten auf) afhaken (v) (verzichten auf)
aufgeben (v) (Forderung) opgeven (n) (v) (Forderung)
aufgeben (v) (Übereinkunft) capituleren (v) (Übereinkunft)
aufgeben (v) (Recht) verzaken aan (v) (Recht)
aufgeben (v) (verlassen) achterlaten (v) (verlassen)
aufgeben (v) (Tätigkeit) ermee ophouden (v) (Tätigkeit)
aufgeben (v) (Übereinkunft) opgeven (n) (v) (Übereinkunft)
aufgeben (v) (plan) dumpen (v) (plan)
aufgeben (v) (plan) naar de schroothoop verwijzen (v) (plan)
aufgeben (v) (verzichten auf) opgeven (n) (v) (verzichten auf)
aufgeben (v) (Recht) opgeven (n) (v) (Recht)
aufgeben (v) (Übereinkunft) bezwijken (v) (Übereinkunft)
aufgeben (v) (Recht) afstand doen van (v) (Recht)
aufgeben (v) (verlassen) verlaten (n) (v) (verlassen)
aufgeben (v) (Idee) afzien van (v) (Idee)
aufgeben (v) (Tätigkeit) er de brui aan geven (v) (Tätigkeit)
aufgeben (v) (Idee) opgeven (n) (v) (Idee)
aufgeben (v) (verzichten auf) laten varen (v) (verzichten auf)
aufgeben (v) (Forderung) afzien van (v) (Forderung)
aufgeben (v) (Recht) afstaan (v) (Recht)
Aufgeben Beispiele12 Beispiele gefunden
nicht aufgeben doorzetten
nicht aufgeben op zijn stuk blijven staan
nicht aufgeben niet toegeven
nicht aufgeben voet bij stuk houden
nicht aufgeben niet opgeven
nicht aufgeben standhouden
nicht aufgeben volhouden
nicht aufgeben volhouden
nicht aufgeben doorbijten
nicht aufgeben standhouden
nicht aufgeben volhouden
seine Überzeugung aufgeben zijn overtuiging opgeven
Übersetzen Aufgeben in andere Sprachen
Übersetzen aufgeben in Englisch
Übersetzen aufgeben in Französisch
Übersetzen aufgeben in Italienisch
Übersetzen aufgeben in Spanisch
Übersetzen aufgeben in Portugiesisch
Übersetzen aufgeben in Slowenisch
Übersetzen aufgeben in Polnisch
Übersetzen aufgeben in Tschechisch