Vorteil — Deutsch Holländisch Übersetzung12 Treffer

Vorteil (m) (n) (Nutzen) profijt (n) (n) (Nutzen)
Vorteil (m) (n) (Tennis) advantage (n) (Tennis)
Vorteil (m) (n) (Nutzen) voordeel (n) (n) (Nutzen)
Vorteil (m) (n) (Nutzen) nut (n) (n) (Nutzen)
Vorteil (m) (n) (allgemein) goede eigenschap (f) (n) (allgemein)
Vorteil (m) (n) (aspekt) baat (n) (aspekt)
Vorteil (m) (n) (aspekt) voordeel (n) (n) (aspekt)
Vorteil (m) (n) (allgemein) verdienste (f) (n) (allgemein)
Vorteil (m) (n) (allgemein) voordeel (n) (n) (allgemein)
Vorteil (m) (n) (Nutzen) heil (n) (n) (Nutzen)
Vorteil (m) (n) (situation) voordeel (n) (n) (situation)
Vorteil (m) (n) (Sportarten - Tennis) voordeel (n) (n) (Sportarten - Tennis)
Vorteil Beispiele18 Beispiele gefunden
Vorteil aus dem Zweifel voordeel van de twijfel
Vorteil ziehen aus profiteren van
Vorteil ziehen aus profijt hebben van
Vorteil ziehen aus voordeel trekken van
den Vorteil genießen het voordeel hebben van
den Vorteil genießen het genot hebben van
den Vorteil genießen genieten
den Vorteil haben het voordeel hebben van
den Vorteil haben het genot hebben van
den Vorteil haben genieten
zu Ihrem Vorteil voor je eigen goed
zu Ihrem Vorteil om je eigen bestwil
zu Ihrem Vorteil om je bestwil
zu deinem Vorteil voor je eigen goed
zu deinem Vorteil om je eigen bestwil
zu deinem Vorteil om je bestwil
zum Vorteil gratis
zum Vorteil vrij-
Übersetzen Vorteil in andere Sprachen
Übersetzen Vorteil in Englisch
Übersetzen Vorteil in Französisch
Übersetzen Vorteil in Italienisch
Übersetzen Vorteil in Spanisch
Übersetzen Vorteil in Portugiesisch
Übersetzen Vorteil in Slowenisch
Übersetzen Vorteil in Polnisch
Übersetzen Vorteil in Tschechisch