Pracht — Deutsch Holländisch Übersetzung9 Treffer

Pracht (f) (n) (allgemein) praal (m) (n) (allgemein)
Pracht (f) (n) (Reiz) aantrekkelijkheid (f) (n) (Reiz)
Pracht (f) (n) (optisch) praal (m) (n) (optisch)
Pracht (f) (n) (Prunk) praal (m) (n) (Prunk)
Pracht (f) (n) (Reiz) aantrekkingskracht (m) (n) (Reiz)
Pracht (f) (n) (optisch) pracht (m) (n) (optisch)
Pracht (f) (n) (Reiz) schoonheid (f) (n) (Reiz)
Pracht (f) (n) (allgemein) pracht (m) (n) (allgemein)
Pracht (f) (n) (Prunk) opzichtigheid (f) (n) (Prunk)
Pracht Beispiele1 Beispiel gefunden
ohne Pracht zonder praal
Übersetzen Pracht in andere Sprachen
Übersetzen Pracht in Englisch
Übersetzen Pracht in Französisch
Übersetzen Pracht in Italienisch
Übersetzen Pracht in Spanisch
Übersetzen Pracht in Portugiesisch
Übersetzen Pracht in Slowenisch
Übersetzen Pracht in Polnisch
Übersetzen Pracht in Tschechisch