Kaution — Deutsch Holländisch Übersetzung13 Treffer

Kaution (f) (n) (Recht) borgsom (m) (n) (Recht)
Kaution (f) (n) (Bankwesen - Handel) onderpand (n) (n) (Bankwesen - Handel)
Kaution (f) (n) (Recht) borgtocht (m) (n) (Recht)
Kaution (f) (n) (Recht) borg (m) (n) (Recht)
Kaution (f) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung) borgstelling (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung)
Kaution (f) (n) (Bankwesen - Handel) waarborg (m) (n) (Bankwesen - Handel)
Kaution (f) (n) (Recht - Geld) borg (m) (n) (Recht - Geld)
Kaution (f) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung) borgtocht (m) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung)
Kaution (f) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung) borg (m) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung)
Kaution (f) (n) (Recht - Geld) borgsom (m) (n) (Recht - Geld)
Kaution (f) (n) (Recht) cautie (f) (n) (Recht)
Kaution (f) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung) cautie (f) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung)
Kaution (f) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung) borgsom (m) (n) (eine vereinbarte Sicherheitsleistung)
Kaution Beispiele4 Beispiele gefunden
Kaution stellen borg staan
eine Kaution hinterlegen een waarborg storten
gegen Kaution freisetzen door borgtocht in vrijheid stellen
gegen Kaution freisetzen vrijkopen
Übersetzen Kaution in andere Sprachen
Übersetzen Kaution in Englisch
Übersetzen Kaution in Französisch
Übersetzen Kaution in Italienisch
Übersetzen Kaution in Spanisch
Übersetzen Kaution in Portugiesisch
Übersetzen Kaution in Slowenisch
Übersetzen Kaution in Polnisch
Übersetzen Kaution in Tschechisch