herauskommen
(v)
(erscheinen)
|
opdagen
(v)
(erscheinen)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
opgedaagd
dagen op
daagt op
daagde op
daagden op
|
herauskommen
(v)
(Folge)
|
uitkomen
(v)
(Folge)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
uitgekomen
komen uit
komt uit
kwam uit
kwamen uit
|
herauskommen
(v)
(Wahrheit)
|
bovenkomen
(v)
(Wahrheit)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
bovengekomen
komen boven
komt boven
kwam boven
kwamen boven
|
herauskommen
(v)
(erscheinen)
|
verschijnen
(v)
(erscheinen)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
verschenen
verschijnt
verschijnen
verschenen
verscheen
|
herauskommen
(v)
(austreten)
|
uitkomen
(v)
(austreten)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
uitgekomen
komen uit
komt uit
kwam uit
kwamen uit
|
herauskommen
(v)
(Wahrheit)
|
te voorschijn komen
(n)
(v)
(Wahrheit)
|
herauskommen
(v)
(veröffentlicht)
|
uitkomen
(v)
(veröffentlicht)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
uitgekomen
komen uit
komt uit
kwam uit
kwamen uit
|
herauskommen
(v)
(erscheinen)
|
te voorschijn komen
(n)
(v)
(erscheinen)
|
herauskommen
(v)
(Innere)
|
uitkomen
(v)
(Innere)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
uitgekomen
komen uit
komt uit
kwam uit
kwamen uit
|
herauskommen
(v)
(erscheinen)
|
opduiken
(n)
(v)
(erscheinen)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
opgedoken
duikt op
duiken op
dook op
doken op
|
herauskommen
(v)
(Ergebnis)
|
uitkomen
(v)
(Ergebnis)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
uitgekomen
komen uit
komt uit
kwam uit
kwamen uit
|
herauskommen
(v)
(Bewegung)
|
naar buiten komen
(v)
(Bewegung)
|
herauskommen
(v)
(Bewegung)
|
verlaten
(n)
(v)
(Bewegung)
|
herausgekommen
kommst heraus
kommen heraus
kamst heraus
kamen heraus
komm(e) heraus
|
verlaat
verlaat
verlaten
verlaatte
verlaatten
|